Schroef Munten van Texel (3) Schroef


Soms word je door omstandigheden op een spoor gezet waar je nooit meer van af komt. In één van de eerste weken dat ik op het land zocht vond ik een muntje dat ik ook toen al direct herkende. Ik had toen nèt een tekening gemaakt van een stuk of honderd munten die me om de een of andere reden wel bevielen en deze zat daar óók bij. Het enige waar ik moeite mee had was het formaat. Toen ik de tekening maakte heb ik helemaal niet op de schaal gelet en wat ik nu in mijn hand hield was niet groter dan een dubbeltje. Toch was ik behoorlijk opgewonden door deze vondst en voorzichtig stopte ik het ding in mijn portefeuille, waar geld thuis hoort... Daarna heb ik hem er wel 10 keer uitgehaald: ”Is het er ècht één, zou het heus?...” En natuurlijk wás het er een en zó ziet hij er uit:

1  2

Dit is een z.g. trient of tremissis van de Franken of de Friezen uit ± 650. Het randschrift luidt: DORESTAT FIT
Dit betekend dat de munt in die oude handelsstad geslagen zou zijn maar de Friezen uit die tijd maakten ze na. Deze imitaties zijn vaak te herkennen aan de verbasterde lettertekens en de onzorgvuldig uitgevoerde portretten, die overigens niet een bepaalde persoon voorstellen. Ze zijn gemaakt van een legering van goud en zilver.
Op de achterzijde zien we het kruis, teken van het Christelijk geloof op de aarde (de bolletjes). Het randschrift is: MADELINUS M. Dat wil zeggen dat de muntmeester Madelinus garant stond voor de kwaliteit van de munt. Dit soort muntjes werden meestal niet gebruikt als betaalmiddel, maar meer als ‘relatiegeschenk’ of grafgift. Als kunstenaar spreekt mij de naïviteit in de kunst uit die periode èrg aan en sindsdien ben ik vooral op zoek naar sporen uit de Vroege Middeleeuwen. Daarbij heb ik ook wel het nodige geluk moet ik zeggen. Zo ging ik eens nog éven zoeken omdat ik een uurtje over had en raapte zo het een en ander bij elkaar. Ik vind het dan leuk om na het schoonmaken het geheel uit te stallen en daarom neem ik van alles mee. Ook raapte ik een onooglijk stukje aluminium op, dácht ik en omdat ik daar vaag tekentjes op zag die wel Hebreeuws leken stopte ik het in mijn zak, anders had ik het in de berm gegooid, zó oninteressant zag dat opgefrommelde stukje metaal er uit. Thuis aangekomen maakte ik alles schoon en begon dat ‘ding’ wat recht te buigen. Eerst met een tangetje, wat èrg gemakkelijk ging, het metaal was zeer buigzaam, dan heb ik er met een potlood overheengerold tot het geheel min of meer plat was, maar de tekens kon ik nog niet ontcijferen. Dán maar even in het zoutzuur waar ik zilver mee schoonmaak en na wat wrijven en poetsen werd er wat zichtbaar van de voorstelling: aan de ene kant een paar regels schrift, het leek al meer Arabisch en aan de andere kant zag ik een paar zwaarden... De rand was versierd met iets vaags en langzaam kreeg ik het idee dat ik zoiets al eerder had gezien. Ik dook mijn boekenkast met naslagwerken in en wist toen eigenlijk wel meteen waar ik moest zoeken. Nog niet zo lang geleden zijn er op Wieringen enige tientallen gevonden en ik heb daar een leuk boekje over. En jawèl hoor: in de Vikingschatten zaten allemaal van deze dirhems. Óveral waar de Vikingen geweest zijn worden ze gevonden want ze waren er dol op. Van zeer zuiver zilver gemaakt werden ze omgesmolten en verknipt om hun sieraden mee te maken en hun betalingen mee te doen en menig spaarpotje is gevonden, tot in Groenland toe, met dit soort munten. Deze dateert uit de tijd van Kalief Al Mansur, de stichter van Bagdad die regeerde van 754-774.

4  3

Deze munt is ongeveer zo groot als een gulden, maar wel dunner. Als je toch beseft wat hij allemaal heeft meegemaakt: exotische handelsplaatsen, woeste stammen op de Wolga, slavenhandel, bont en barnsteen. Een verblijf onder de grond, een tocht met een Drakkar een mislukte transactie en nu bij mij in een doosje... Ik zeg vaak dat wat ik vind de restjes zijn van wat anderen vóór mij hebben opgeraapt, het zal in ieder geval wel een gemiddelde zijn van het totaal aantal gevonden voorwerpen hier op Texel en er gaan verhalen dat er bij de ruilverkaveling een en ander uit die tijd is gevonden. Conclusies kun je dus uit zo’n vondst moeilijk trekken; in de handel ging geld van hand tot hand, dus of het nu ècht een Viking is geweest die deze munt hier heeft verloren is de vraag, maar in ieder geval is dit tot nu toe de enige bekende en daarom “de dirhem van Texel ”.

Al eerder had ik een munt uit dezelfde periode gevonden en ook daarvan is menig exemplaar in Vikingschatten aangetroffen hoewel ik déze er niet zo direct mee associeer. Het is een denier of denarius van Lodewijk de Vrome (814-840).

6  5

Aan de voorzijde van deze zilveren munt staat LVDOVICVS IMP en op de achterkant rond het tempeltje: XPISTIANA RELIGIO -Christelijk geloof-
Het was een onrustige tijd. Lodewijk kon het grote Karolingische rijk dat hij van zijn vader Karel de Grote had geërfd niet bijeenhouden en verdeelde het onder zijn zonen. De Vikingen maakten deze streken onveilig en het door de Franken gebrachte Christelijk geloof werd weer afgezworen. Of ze daarom zijn verloren weet ik niet maar ik heb tot nu toe zo’ 15-tal fibula’s uit de Frankische tijd verzameld. Hoofdzakelijk schijf-fibula’s die oorspronkelijk ingelegd waren met email. Een enkele keer is daar nog wat van over.

7

Deze speldjes hadden een doorsnee van 2 of 3 centimeter en waren meestal gemaakt van koper. De symbolen zijn variaties op het kruis.

“Het vinden van de zaak is het einde van het vermaak” hoorde ik eens iemand zeggen en ik geloof nu dat ik weet wat hij bedoelde. Ruim een jaar geleden vond ik iets en ik denk niet dat ik ooit nog zoiets moois zal vinden. Het vinden van dit voorwerp was zó totaal onverwacht dat ik er nog steeds een beetje door van slag ben. Nooit had ik gedacht of verwacht en dus zelfs niet gehóópt zoiets te vinden.

8  9

Ook dit is een triens of tremissis maar wat ouder dan de eerste. De afgebeelde persoon is keizer Anastasius de Eerste. Keizer van het Oost Romeinse rijk van 491-518. De munt is echter geslagen bij de Ostogothen onder Theodorik de Grote die leefde van 456-526. Na het vertrek van de Romeinen uit het noorden van Europa begint de Merovingische periode. Koning Clovis (481-511) bekeerd zich in 506 tot het Christendom. In dit gebied circuleren munten met portretten van de Romeinse keizers uit die tijd en imiteerden de Byzantijnse munten dit om hun solidariteit te betonen en de munt een betrouwbaar uiterlijk te geven. De Ostrogoten waren oorspronkelijk afkomstig uit het Balkan-gebied en zijn verwant aan de Hunnen. Iets van deze afkomst weerspiegeld zich in dit prachtige portret. Ondanks dat deze munten zogenaamde barbaarse imitaties zijn, zijn ze vaak fraaier dan de originelen. Het randschrift luidt: ANASTA SIVS PF AVG. De achterzijde toont een engel waar omheen staat geschreven: VICTORIA AVGVSTORI.
Maar natuurlijk is dit niet het héle verhaal, want ooit is van deze munt een hangertje gemaakt. Men noemt zoiets een munt-fibula en het was bij de Franken het gebruik om dit te doen met munten die in hun tijd al antiek waren. Zo is dit geheel hier terecht gekomen rond de tijd dat Willibrord hier het eerste kerkje kwam stichten en dat was in 720. Vooral het feit dat dit een persoonlijk bezit was en niet alleen een ruilmiddel geeft een meerwaarde aan dit voorwerp. Er zijn er wel meer gevonden en vooral in Friesland. Enkel de elite kon zich dit soort zaken veroorloven dus voor mij is dit een spoor van de Friese adel. En om die Friezen draait het voor mij allemaal. Niet alleen imiteerden zij munten, maar ook hadden zij een èigen muntslag. Het product hiervan waren de sceatta’s; kleine zilveren (soms vergulde) muntjes met een zeer hoog reliëf. Van sceat of sceatta is overigens het woord ‘schat’ afgeleid. Deze muntjes droegen mysterieuze symbolen, die afgeleid waren van de Romeinse en Keltische voorbeelden en dáár ben ik dus naar op zoek... Tot nu toe zonder succes en eigenlijk is dat vreemd omdat er hier in die tijd toch veel (handels)activiteit plaats vond. Bekend is dat goederen en geld toen vooral op de aanlegplaatsen van eigenaar verwisselden en dat oude strand is verdwenen, maar gezien ik toch vrij veel andere voorwerpen uit die tijd heb gevonden ís er hoop en zal het voornamelijk een kwestie van tijd zijn...

10  11

Dit is een sceatta van het stekelvarken-type. Kleiner dan een dubbeltje en met een gewicht van minder dan een gram. Op de voorzijde een gestileerd dier wat men de naam stekelvarken heeft gegeven, maar ik zie er meer de manen van een wolf in, een symbool dat al eeuwen werd gebruikt. Op de achterkant staat een vierkant ornament met een ringetje, punten en runetekens. Van deze muntjes zijn tientallen variaties bekend.
Toch mooi dat bij alles wat ik tot nu toe heb gevonden er nog wat te wensen overblijft. Wat ik opraap zijn zeker geen schatten, financiële waarde hebben de meeste dingen nauwelijks, maar het verháál wat er bij hoort en het geschiedkundig belang van veel vondsten zijn van veel grotere waarde.


Home