Bijzondere stenen |
Bij Ina en Herman Bakker uit
Den Hoorn trof ik eens een steen aan die onmiddellijk mijn
aandacht trok. Bovenop een ovale zwerfkei van ongeveer 18
cm. lengte zit een kleine ronde uitholling (Ø 4 cm.) die
er duidelijk niet vanzelf in was gekomen. Ik citeer: Schaalkuiltjes zijn kleine ronde uithollingen, die door mensen in een steen geslagen zijn. Meestal zijn ze op rotsen te vinden, maar ze kunnen ook voorkomen op losse stenen, zwerfkeien of megalieten. In Nederland worden ze ook wel napjes genoemd. In het Engels zijn ze bekend onder de naam 'Cup marks', in het Duits 'Schalengruben'. In Zweden, waar ze zeer veel voorkomen, zijn het 'skålgropar' of in de volksmond ook wel 'ålvkvarnar'. Dat laatste betekent letterlijk 'elfenmolens', dus molens waarin de elfen hun meel kunnen malen. Ook in de Traanroeier - de molen bij het Maritiem museum in Oudeschild - bevind zich een soortgelijke steen waarvan de ouderdom geschat wordt op ± 5000 jaar. Helaas is het altijd moeilijk om de juiste leeftijd van een steen vast te stellen. De meeste informatie daarvoor komt van de vindplaats. Van de bijna honderd in Drente en N.W. Overijssel gevonden en onderzochte napjesstenen is bij het merendeel de uitholling ruw en dus niet glad gepolijst. Dit doet vermoeden dat ze eerder gebruikt zullen zijn voor het fijnstampen van b.v. kruiden, dan voor het malen van graan. In het geval van de steen uit Den Hoorn gaat het echter wèl om een gladgeslepen kommetje. Een ander verklaring betreft het gebruik als huisapotheek; er zou dan hard in de kom geslagen zijn met een andere steen waardoor er steengruis en steenpoeder in de kom ontstond dat werd ingenomen om een winters gebrek aan mineralen (vooral magnesium) op te heffen of te voorkomen. Het steenpoeder zou ook zeer geschikt zijn om open wonden te behandelen. In de context van deze napjesstenen worden ook andere bewerkte stenen genoemd die bij de diverse werkzaamheden gebruikt zouden kunnen zijn. Een van deze stenen is kubusvormig en op Texel zijn daarvan meerdere exemplaren gevonden. Daarvan liet André Smit uit Den Hoorn mij er ook een zien. Ooit bewerkte zijn familie het land achter het Torenhuis waar hij hem als kleine jongen vond. "Daar kan je goed mee gooien" dacht hij toen en mikte hem met een ferme zwaai de ruimte in. Later op die dag liet zijn zus hem tot zijn verbazing weer dezelfde steen zien en tot op de dag van vandaag bewaart ze die zuinig als enig aandenken aan hun 'bollentijd'. Zelf heb ik er ook een aantal gevonden, zij het niet allemaal in ongeschonden staat. Hierbij afgebeeld zijn mijn steen van ± 5 cm. breed en het ietwat kleinere exemplaar van de familie Smit. Kortom, verrassende vondsten en wie weet liggen er nog meer van deze bijzondere stenen bij mensen hier op het eiland. Laat het ons gerust weten. |